In deze rubriek blikken we terug op de afgelopen week. Welke artiesten vielen ons op en bepaalden de actualiteit?
1 (--) Trea Dobbs
Afgelopen week verloor Nederland twee muzikale helden. Vrijdag overleed Carel Copier, de eerste drummer van Doe Maar, en een dag later ging arrangeur en dirigent Harry Van Hoof onverwacht van ons heen. Zijn overlijden werd zondagochtend bekendgemaakt op Facebook door zangeres Trea Dobbs, met wie Harry vanaf midden jaren 60 een relatie had en met wie hij op 16 maart 1967 in het huwelijk trad. Harry was in dit tijd al bekend als de toetsenist van Peter en Zijn Rockets, maar kwam pas echt in de schijnwerpers als de vriend van toenmalig tieneridool Trea. Desalniettemin scoorde Harry in die tijd al zijn eerste Top 40-hit. Met zijn orkest begeleidde hij Roek Williams and The Fighting Cats op hun single I'll Cry, die eind 1965 één weekje op nummer 40 stond. Uiteraard begeleidde Harry zijn echtgenote ook, zoals op de Tipparadenotering Was Jij Maar In Lutjebroek Gebleven uit 1968. In 1974 gingen Harry en Trea uit elkaar.
2 (--) Harry Van Hoof
Harry Van Hoof was ten tijde van hun scheiding bekender geworden dan Trea. Zij was na haar huwelijk immers gestopt met zingen om zich te richten op het moederschap. Harry daarentegen groeide rond 1970 uit tot een van de meest gevraagde orkestleiders van Nederland. In 1972 volgde hij Dolf Van Der Linden op als dirigent op het Eurovisiesongfestival. Tot 1994 leidde hij maar liefst 15 keer het orkest bij de Nederlandse inzending. Daarmee staat hij in de top 5 van dirigenten die het vaakst hun land hebben vertegenwoordigd op het songfestival. Daarnaast was hij als arrangeur en componist betrokken bij verschillende grote hits in de jaren 70, zoals Mijn Gebed van D.C. Lewis en How Do You Do van Mouth & MacNeal. Harry overleed onverwacht op 81-jarige leeftijd.
3 (--) ABBA
Wat de organisatie van het Eurovisiesongfestival in Malmö drie weken geleden niet lukte, is het Zweedse koningspaar afgelopen week wel gelukt. Carl Gustaf en Silvia brachten de vier leden van ABBA bij elkaar. Agnetha, Björn, Benny en Anni-Frid ontvingen op 31 mei in het paleis in Stockholm namelijk een hoge koninklijke onderscheiding. Ze werden benoemd tot Commandeur der Eerste Klasse in de Orde van Vasa. Dit ereteken was de afgelopen 50 jaar niet meer uitgereikt, maar de Zweedse overheid heeft onlangs besloten deze orde nieuw leven in te blazen. ABBA ontving de onderscheiding uiteraard vanwege hun uitzonderlijke verdiensten in de Zweedse en internationale muziekindustrie. Naast ABBA ontvingen nog negen andere Zweden die dag een koninklijke onderscheiding.
4 (--) Anni-Frid Lyngsted
Björn en Benny droegen op deze feestelijke dag een donkerblauw pak, terwijl Agnetha en Anni-Frid in het wit gekleed waren. Die laatste liep met een wandelstok. De inmiddels 78-jarige zangeres is de laatste jaren wel vaker met een wandelstok of nordicwalkingstokken in het openbaar verschenen. Dat heeft waarschijnlijk te maken met een heupoperatie die ze paar jaar geleden heeft ondergaan. Anni-Frid kreeg in de jaren 90 als enige ABBA-lid een adellijke titel en is ook bevriend met de Zweedse koningin. Van 1992 tot zijn overlijden in 1999 was Anni-Frid getrouwd met de Zwitserse prins Heinrich Ruzzo Reuss, graaf van Plauen. Daardoor kreeg zij de titels prinses Reuss en gravin van Plauen. Doordat Heinrich een oud-klasgenoot was van Carl Gustaf, raakte Anni-Frid goed bevriend met koningin Silvia.
(Foto: Ben Merk, Nationaal Archief/Anefo)
