Carolientje

{transcribed by Adri Verhoef, 14-11-1997}

[chorus]:
Carolientje, Carolientje
Carolientje wil een man
Carolientje, Carolientje
Krijgt nooit genoeg ervan

Carolientje was een maagdekijn van amper achttien jaar
Die o zo graag getrouwd wou zijn, haar uitzet was al klaar
Ze kreeg een man te pakken, een grijze kapitein
Die gaf de pijp al snel aan Maarten, want ze knuffelde 'm fijn

[chorus]

De tweede had een apotheek en guldens op de bank
Maar plotseling, de derde week, werd hij ontzettend krank
De pillen uit z'n winkel die Carolien 'm gaf
Die maakten 'm steeds bleker en zo legde hij 't af

[chorus]

(Laa lalala-la-la lalala laa lala-la-laa)

De derde was een vliegenier, die vloog met zijn machien
Tienduizend meter naar omhoog en hij werd nooit meer gezien
Nu zit ze droef te wenen, al om haar vliegenier
Maar wel twee knappe vrienden liet ie na als souvenir

[chorus]
[chorus]

De vierde had een bungalow en steeds een droge keel
Dat buitenhuis beviel haar zo, dus gaf ze hem teveel
Van whisky, bier en brandewijn, z'n lever gaf 't op
Toen ze alles had geërfd, nam ze daar een neutje op

[chorus]
[chorus]

(Laa lalala-la-la lalala laa lala-la-laa)

Carolientje is nu tachtig, haar sex-appeal verdween
Soms wordt 't haar te machtig, wil ze mannen om haar heen
Al zit ie onder wagensmeer of onder kolengruis
En dan moet ze er één lokken uit 't ouwe-mannenhuis

[chorus] [3x]