Vrijdag is Terry Uttley overleden. In de jaren 70 stond hij 10 keer in de Top 40 als bassist van de Engelse popgroep Smokie. Hun bekendste nummer is de nummer 1-hit Living Next Door To Alice.
"Met pijn in het hart en tranen in de ogen delen we het nieuws dat onze geliefde vriend en bandgenoot Terry na een kort ziekbed is overleden," meldt de band op hun website en Facebookpagina. "Steve, Martin, Mick en Pete zijn verslagen en diepbedroefd door zijn plotselinge en onverwachte overlijden. Terry was een goede vriend, een liefhebbende vader, en was een ongelofelijk mens en muzikant. Wij voelen ons allemaal extreem vereerd dat we zolang ons leven en het podium met hem hebben mogen delen. Vrede en liefde aan iedereen die Terry gekend heeft en die hij ontroerd heeft. We zullen hem erg missen. Het management vraagt onze vrienden en collega's van over de hele wereld om op dit moment de privacy van de familie en bandleden te respecteren."
Terry Uttley werd als Terence David Uttley geboren op 9 juni 1951 In 1965 sloot hij zich aan bij zijn eerste bandje The Yen. Samen met zanger Chris Norman, gitarist Alan Silson en drummer Ron Kelly had hij als tiener zijn eerste optredens. Na enkele bezettingswisselingen en naamsveranderingen kwam de groep in 1968 weer in zijn oorspronkelijke samenstelling bij elkaar, ditmaal onder de naam The Elizabethans. Na nog een paar jaar te hebben opgetreden als Kindness kwam de groep begin jaren 70 in contact met het succesvolle producersduo Nicky Chinn en Mike Chapman. Zij verzonnen in 1974 de groepsnaam Smokey, die een jaar later weer veranderd werd in Smokie. Drummer Ron Kelly had op dat moment de groep al verlaten. Zijn plaats was ingenomen door Pete Spencer.
Chinn en Chapman produceerden alle hits van Smokie en schreven ook bijna al hun hits. Op de B-kantjes stonden nummers die de leden zelf hadden geschreven. Hier zaten ook verschillende composities van Terry Uttley tussen. Tussen 1975 en 1978 stond Smokie met tien hits in de Top 40. Tweemaal haalde de groep de eerste plaats, met Living Next Door To Alice en de opvolger Lay Back In The Arms of Someone. Daarnaast haalde Smokie de top 10 met I'll Meet You At Midnight, It's Your Life en de cover Needles And Pins, die we ook kennen in de uitvoering van The Searchers.
Na 1978 was het hitsucces van de groep voorbij. Begin jaren 80 waren Chris, Alan en Terry nog samen te horen als achtergrondzanger op een albumtrack van Wrap Your Arms Around Me, het eerste soloalbum van Agnetha Fältskog na ABBA. Daarna besloot de groep een pauze in te lassen. In 1986 kwam Smokie weer bij elkaar, maar zanger Chris Norman deed niet meer mee. Hij werd vervangen door Alan Barton. Ook Peter Specer liet zich vervangen door Steve Pinnell en toetsenist Martin Bullard kwam de groep versterken. In deze nieuwe samenstelling nam de groep nog vijf albums op, maar het grote succes bleef uit.
In 1995 scoorde Smokie in eigen land nog één grote hit met Living Next Door To Alice (Who The F**k Is Alice). Deze hit kwam na het Nederlandse succes van Alice, Who The X Is Alice? van Gompie. In Engeland werd deze door Peter Koelewijn gezongen cover van Living Next Door To Alice ook een hit, maar de eigen versie die Smokie had opgenomen met de aanstootgevende komiek Roy Chubby Brown deed het in eigen land een stuk beter. Smokie haalde de derde plaats, terwijl Gompie niet hoger kwam dan de 17e plaats. Alan Barton heeft dit succes helaas niet mogen meemaken. Kort na de opname raakte hij zwaargewond tijdens een ongeluk met de tourbus van Smokie in Duitsland en vijf dagen later overleed hij aan zijn verwondingen.
Sinds het vertrek van Alan Silson in 1996 was Terry Uttley nog het enige oorspronkelijke lid van Smokie. Dat is hij zijn hele leven lang gebleven. Op 2 oktober gaf Terry in de IJslandse hoofdstad Reykjavik zijn laatste optreden als bassist van Smokie. Op 17 december, precies een maand na het overlijden van zijn echtgenote, overleed Terry na een kort ziekbed. Hij is 70 jaar geworden.
(Foto: Stefan Brending / CC-BY-SA-3.0)
