Zierikzeese Marie

{transcribed by Adri Verhoef, 18-10-2020}

Marie de Bie uit Zierikzee
Loopt altijd in haar negligé
Met kantjes en volannetjes
Uitsluitend voor de mannetjes
Zij tracht ze te verleiden,
In nylon, kant en zijde
Zierikzeese Marie
Veel fatsoen heeft ze nie

Zij heeft een ongekend talent
Veel mannen had zij reeds gekend
Haar naam is klein, haar daad is groot
Zij is van gêne geheel ontbloot
Zij werkt in haar voiles
Wat voor mannen ideaal is
Zierikzeese Marie
Veel fatsoen heeft ze nie

Maandags komt de commissaris,
De arts en de notaris
De dinsdag is geheel privé
Voor het mannenkoor van Zierikzee
En ook de knappe commandant
Ligt woensdags in haar ledikant
De donderdag is afgehuurd
Door de warme bakkers van de buurt

De advocaat, de beiaardier
Gaan iedere vrijdag met plezier
En zaterdags de kluizenaar
Die maakt het ied're week weer waar
Maar zondags, zondags komt de dominee
Die neemt z'n eigen lakens mee
Zierikzeese Marie
Veel fatsoen heeft ze nie

Maar na een kille regendag
Toen zij in bad te weken lag
't Was 's avonds om een uur of tien
Men had wel iets verdachts gezien
Maar geen aandacht aan geschonken
Want zij was zo diep gezonken
Zierikzeese Marie
Veel fatsoen had ze nie

Marie de Bie uit Zierikzee
Men vond haar zonder negligé
Daar lag zij blauw en nat en naakt
Wie had Marie van kant gemaakt?
Maar niemand zal het weten
Men is haar allang vergeten
Zierikzeese Marie
Veel fatsoen had ze nie

Toen kwam de commissaris,
De arts en de notaris
Maar het mannenkoor van Zierikzee
Bemoeide zich er niet meer mee
En ook die knappe commandant
Dacht niet meer aan haar ledikant
Alleen de warme bakkers van de buurt
Die hebben haar een krans gestuurd

De advocaat, de beiaardier,
Het int'resseerde ze geen zier
En ook die oude kluizenaar
Dacht helemaal niet meer aan haar
Behalve, behalve de dominee
Die gaf haar nog z'n zegen mee
Zierikzeese Marie
Veel fatsoen had ze nie.