Dutch Boys m.m.v. Het Eerappelkoor

Songtekst

Hé joh, wat was er gistermiddag
Met joe aan de hand
Je neus was rood, je ogen waren bleek
Je vrouw die ging te keer
Het leuk toen stevig trammelant
En dat was de vierde keer al deze week

Och, ik wol gewoon es kieken
Hoe het was in het café
Ik kreeg doar heel spontaan één glaasje bier (Twee, drie vier)
En toen je weer naar huus ging
Wist je niet meer wat je dee
Want je zat te melken om de roze stier (Echt waar, echt waar)

Nou, ik zal nooit meer dronken wezen
Ik zal nooit meer dronken zijn
Ik zal nooit meer dronken wezen
Ik zal nooit meer dronken zijn

Ik zal nooit meer dronken wezen
Ik zal nooit meer dronken zijn
Ik zal nooit meer dronken wezen
Ik zal nooit meer dronken zijn

Kom op, Harms, neem d'r nog een, joh.
Jongens, ik kan joe een ding beloven: het is gebeurd.

Ja, je kunt het wel beloven
Maar daar hebben wij niks an
Want dat doe je al joe hele leven lang
Je weet misschien nog wat je
In het weekend hebt gedaan
Nou, de buurvrouw die is elke nacht nog bang

Ach, ik kon d'r niks an doen
Want een kip ging d'r vandeur
En jij dacht: hij zit misschien in het café (Zo is 't)
Maar om drie uur 's nachts stond jij hier
Bij de buurvrouw veur de deur
En werd wakker bij heur in de beddenstee (Ach nee, ach ja)

Nou, ik zal nooit meer dronken wezen
Ik zal nooit meer dronken zijn
Ik zal nooit meer dronken wezen
Ik zal nooit meer dronken zijn

Ik zal nooit meer dronken wezen
Ik zal nooit meer dronken zijn
Ik zal nooit meer dronken wezen
Ik zal nooit meer dronken zijn

Ach jong, neem d'r toch nog ene, man. Wat maakt dat nou toch uut.
Nee jongens, het is gebeurd.
Ah joh.
Nou vooruit, nog ene dan.